Židova strouha

De beek met een romantische naam en een al even betoverende vallei is slechts twintig en een halve kilometer lang en vormt een linkerzijrivier van de Lužnice. Vooral het benedenstroomse deel is populair bij kanoërs, wandelaars, vissers en natuurliefhebbers. De bron ligt nabij het dorpje Bzí op een hoogte van 519 meter. Onder Bechyně vormt de beek een kloof met grillige rotsen en grotten en drie kilometer ten zuiden van deze stad mondt hij uit in de Lužnice. Dit gedeelte is het mooiste en heeft een unieke sfeer. In 1988 werd het uitgeroepen tot natuurmonument.

De oorsprong van de naam is eveneens boeiend. Een lokale legende schrijft de naam toe aan joodse inwoners die hier zouden hebben geschuild na hun verdrijving uit Týn nad Vltavou of Bechyně, of aan de beroemde magiër Žito, hofmagiër van koning Wenceslaus IV. Het is ook mogelijk dat de naam afkomstig is van een landeigenaar, de dorpsrechter van Smilovice, Čuda (oorspronkelijk Čudova strouha), of van het Tsjechische woord "žito" (rogge), wat zou kunnen wijzen op de vruchtbare streek waar de beek doorheen stroomt.

Een andere uitstaptip is de tegenovergelegen rechteroever van de Lužnice, bereikbaar vanuit Bechyně of Koloděje nad Lužnicí, met indrukwekkende rotsformaties en een hangbrug.

Langs Židova strouha loopt een geel gemarkeerd wandelpad, bereikbaar vanaf de weg Týn nad Vltavou – Tábor, vóór het dorp Březnice. Onderweg moeten kleine natuurlijke obstakels worden overwonnen, vooral aan het einde van de route waar de beek moet worden overgestoken. Het is aan te raden deze wandeling bij mooi weer te maken.

Het mooiste eindstuk van de Židova strouha is bereikbaar vanuit Nuzice – via het blauwe wandelpad of door bij een boskruising linksaf te slaan na Nuzice, vanaf de weg Týn nad Vltavou – Bechyně.