Wandelroute door Husinec

Husinec is een stadje gelegen in het dal van de rivier de Blanice. De bewoning van dit gebied hangt samen met goudwinning, en resten van deze activiteit – puinhopen genaamd “sejpy” – zijn nog steeds zichtbaar langs de hele loop van de Blanice. De eerste schriftelijke vermelding van Husinec dateert uit 1359, toen het tot stad werd verheven. In 1455 behoorde Husinec tot de Rožmberk-familie, later tot de Kolowratten en Eggenbergs, en sinds 1848 is het een zelfstandige marktplaats. De beroemdste inwoner is natuurlijk Meester Jan Hus. Zijn geboortehuis, nummer 36, is sinds 1873 toegankelijk voor het publiek. Boven de ingang hangt een medaillon van Bohuslav Schnirch. In het huis bevindt zich ook een herdenkingskamer voor de bekende schilder Josef Krejsa (1896–1941), eveneens geboren in Husinec. Zijn werk is te zien wanneer we van Hus’ huis afdalen naar het Prokopplein. Aan de linkerkant trekt het sgrafitto op het zogenaamde Fidler-huis, nummer 42, de aandacht. In 1937–1938 schilderde Krejsa hier historische figuren uit het Tsjechische volk en de wapenschilden van Zuid-Boheemse adellijke families in decoratieve panelen. Op het huis van zijn vrouw schilderde hij figuren van Sint-Wenceslaus, Sint-Joris en Sint-Maarten. Als we verder lopen over het langgerekte plein, zien we het standbeeld van Jan Hus uit 1958, gemaakt door Karel Lidický.

Enkele tientallen meters verderop staat de Kruisverheffingskerk, die gotische fundamenten heeft, maar haar huidige uiterlijk kreeg na een brand in 1802. Husinec heeft ook een begraafplaatskerk gewijd aan de heiligen Cyrillus en Methodius. Ook hier zijn fresco’s van Josef Krejsa te vinden. Op het kerkhof valt het graf op van de beroemde broers Rys – piloten die tragisch omkwamen aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Hun graf is versierd met een houten vliegtuigpropeller. Ook de schilder Cyril Chramosta ligt hier begraven. Vanaf de begraafplaats dalen we weer af naar de kerk en lopen verder naar de Blanice. Bij de brug, gebouwd in 2002, staat een barok beeld van Sint-Jan Nepomucenus uit de 18e eeuw. Na de brug slaan we rechtsaf en wandelen door het park langs de Blanice, over een nieuw bruggetje en rond een rotsachtig uitsteeksel waar ooit een kleine burcht stond. Vandaar liepen onderaardse gangen naar de eerste huizen van de stad. Wij wandelen hier overdag, dus hoeven niet bang te zijn voor de Witte Dame, die volgens de legende hier 's nachts wacht om bevrijd te worden – maar volgens de overlevering zal dat pas in de negende generatie gebeuren. We komen uit op de hoofdweg, slaan rechtsaf en voltooien de route door terug te keren naar het Prokopplein.

Met de fiets naar het Husinec-stuwmeer

We verlaten het stadje richting Vimperk en slaan aan het einde van Husinec linksaf. Na ongeveer 3 km bereiken we het Husinec-stuwmeer (gebouwd tussen 1934 en 1938). De Blanice veroorzaakte regelmatig overstromingen. De eerste plannen voor het stuwmeer dateren uit 1910, met een locatie boven Záblatí, maar de Eerste Wereldoorlog zette daar een streep door. De bouw werd herhaaldelijk uitgesteld en pas na de grote overstroming in 1932 werd er echt besloten. De werkzaamheden begonnen in 1934 en de dam werd voltooid in 1938. De dam is 31 meter hoog en 215 meter lang aan de top. Het overstroomde gebied beslaat ongeveer 760.000 m² en overspoelde onder andere een voormalige schietbaan en maakte een einde aan het jaarlijkse vlotten van brandhout uit de Šumava-bossen naar Vodňany.

We volgen het geel gemarkeerde wandelpad langs de Blanice tot aan de “Hus-rots”, waar Meester Jan Hus volgens de legende zou hebben gerust. De rots zou zelfs zijn profiel tonen. Onder de rots lag vroeger een stuw waar scholieren vaak gingen zwemmen. We rijden door het park en keren terug naar Husinec.

Basisgegevens:
Startpunt: Husinec
Route: Wandelcircuit Husinec
Lengte: 3 km / of 5 km
Moeilijkheidsgraad: gemiddeld
Toegang: te voet of per fiets
Verfrissingen: Husinec