Kerk van de heilige apostelen Petrus en Paulus

Kerk van de heilige apostelen Petrus en Paulus

De oorspronkelijke kerk gewijd aan de heilige apostelen Petrus en Paulus werd gebouwd in romaanse stijl tussen de tweede helft van de 11e eeuw en het einde van de 12e eeuw.

Door de beperkte capaciteit werd in de 13e eeuw een nieuwe vroeggotische kerk gebouwd. In de barokperiode onderging de kerk aanzienlijke wijzigingen – waaronder een koorgalerij voor kerkmuziek tegenover het priesterkoor. Eind 19e eeuw leidde de toegenomen toeloop van gelovigen tot plannen voor de bouw van een nieuwe, representatieve kerk. In februari 1899 begon de uitvoering. De barokke gotische kerk werd afgebroken en op dezelfde plek verrees snel een indrukwekkend neoromaans gebouw. De oorspronkelijke romaanse kapel (de sacristie) werd echter niet afgebroken, maar geïntegreerd als zijkapel aan de oostzijde van het nieuwe gebouw.

De nieuwe kerk werd voltooid en ingewijd in september 1900. De neoromaanse kerk is gebouwd van gele vuurvaste bakstenen en natuursteen en is naar het zuiden gericht. De plattegrond is een gelijkarmig kruis met drie apsissen aan de oostzijde. De westgevel bestaat uit een open portaal versierd met de wapens van vroegere heren van Hosín. De vierkante toren rijst 36 meter op vanaf het kruispunt van het schip; twee kleine torentjes sieren de noordgevel. Op het marmeren en zandstenen altaar staan beelden van de patroonheiligen van de kerk – Petrus en Paulus. Tijdens de integratie van de romaanse kapel werden waardevolle gotische muurschilderingen ontdekt.